Bij succesvolle nascholing voor leraren denk je misschien niet meteen aan een online cursus. Er worden nog volop workshops en lezingen gegeven op studiedagen, om maar wat te noemen. Iedereen is er dan, de trainer kan meteen ingaan op vragen, en ook het persoonlijke contact onderling is fijn. Allemaal dingen die niet haalbaar zijn met e-learning, zou je denken. Maar niets is minder waar. Denk maar aan de directe feedback die je op antwoorden kunt geven in een digitale leeromgeving. Of het chatten of videobellen met een (mede)cursist. Hoe kies je uit al die online en offline mogelijkheden de beste scholingsoplossing?

‘Traditioneel’ vs. digitaal

Aantekeningen op papier of op de laptop? Fysieke of digitale aanwezigheid van de trainer? Klassikale workshops of online modules die elke cursist doet wanneer het uitkomt? Sommige discussies gaan vooral over wat beter is: offline of digitaal. Maar wat beter is valt eigenlijk niet zo makkelijk te zeggen. Dat hangt namelijk af van de doelen die je als school wilt bereiken. Daarop kies je de middelen en manieren; niet andersom.

Scholingsdoelen in de praktijk

Heel simpel gezegd is leren altijd een doel. Daarbij kan het zijn dat je, om het leren te bevorderen, de voortgang van alle cursisten wilt volgen. Dat je het materiaal makkelijk kunt aanpassen, zodat het zo veel mogelijk bij de cursisten aansluit. Of dat iedereen kan leren waar en wanneer hij/zij dat wil. Dat soort doelen verschilt per situatie. Elke situatie vraagt dus om een passende oplossing.

Om een voorbeeld te geven: een tijdje geleden kwam Hogeschool Leiden bij ons voor het scholingstraject Specialist Sportieve en Gezonde School. Met dit traject specialiseren Pabo-studenten zich in het bevorderen van een gezonde leefstijl in het basisonderwijs. De doelen die voor het traject werden gesteld konden het best worden bereikt met het platform dat we voor ze bouwden: specialistsportieveengezondeschool.nl. Hoe werkt dit in de praktijk?

Een van de doelen die de docenten hadden was om hun tijd effectiever te besteden. Daarvoor wilden ze de voortgang van de studenten in de gaten kunnen houden, zodat ze hun lessen beter konden voorbereiden. Door monitoring van de voortgang in de digitale omgeving, weet een docent nu wat de laatste stand is, welke onderwerpen extra aandacht nodig hebben en wie extra uitdaging kan gebruiken. De docent hoeft dit dus niet in de les zelf te inventariseren. Zo wordt de face-to-facetijd beter besteed en is er tijdens de contacturen meer ruimte voor persoonlijke aandacht. Doel behaald, dus.

Blended leren

In het voorbeeld van Hogeschool Leiden zie je dat het online leren niet op zichzelf staat: de doelen vormen het uitgangspunt en alle middelen zijn goed op elkaar afgestemd om tot succesvolle scholing te komen. Deze ‘blended’ manier van leren kan leiden tot meer effectiviteit, efficiëntie en betrokkenheid. Wil je meer weten over blended learning of scholing voor onderwijsprofessionals? Meld je aan voor de nieuwsbrief of neem contact met ons op via info@edutrainers.com of 020 – 716 38 07.