Maak werk van de kerndoelen digitale geletterdheid! 

Geschreven door Laura Walter-Goudsmit – CEO Edutrainers

Vrijdag 19 september waren we vanuit Edutrainers aanwezig op de Netwerkdag digitale geletterdheid. Voor het eerst waren begeleiders en onderwijsprofessionals uit zowel het primair als het voortgezet onderwijs uitgenodigd om samen te werken rond de vraag hoe de nieuwe kerndoelen digitale geletterdheid in de praktijk vorm kunnen krijgen.

mensen met puzzelstukken

Wat nemen we mee van deze dag

De dag bood een rijk programma met presentaties van OCW, de Onderwijsinspectie en SLO, aangevuld met praktijkvoorbeelden en discussies. De rode draad: de implementatie van digitale geletterdheid is complex, vraagt om zorgvuldige verankering in wet- en regelgeving, maar vooral om een gezamenlijke en proactieve inzet vanuit scholen, leraren en begeleiders.

1. Hoe gaat het verdere wetstraject verlopen nu de definitieve conceptkerndoelen van digitale geletterdheid zijn gepresenteerd?

Eerin Engelen (OCW) lichtte uitgebreid toe hoe het verdere traject rondom de definitieve conceptkerndoelen digitale geletterdheid eruitziet vanuit het oogpunt van verankering in de wet. Belangrijke punten zijn:

  • Het Ministerie van OCW gaf SLO in 2022 de opdracht om samen met het onderwijsveld de kerndoelen te actualiseren.
  • Digitale geletterdheid is een nieuw leergebied, de laatste herziening van het curriculum was in 2006 en destijds was dit zonder digitale geletterdheid, dit betekent dat digitale geletterdheid verankerd moet worden in de wet.
  • Ook al is het leergebied opgeleverd, er wordt nog steeds gesproken over conceptkerndoelen. Deze zijn wel definitief, maar omdat ze nog niet officieel in de wet staan, hebben ze nog steeds het kenmerk concept. Het streven is dat de kerndoelen voor digitale geletterdheid op 1 augustus 2027 in wet- en regelgeving opgenomen zijn.
  • De bedoeling was dat in de week van 22 september de plenaire behandeling van het wetsvoorstel plaatsvond in de Tweede Kamer, helaas is deze verschoven na de verkiezing en zal deze behandeld worden door de nieuwe leden.
  • Nadat het in de Tweede Kamer besproken is, wordt het aangeboden aan de Eerste Kamer, ook de koning is de medeondertekenaar voor de wet.
  • Voor de inhoud van de kerndoelen verloopt dit via Algemene Maatregel van Bestuur.
  • De kerndoelen zijn opgesteld door experts en leraren, staan vast en zijn beproefd en opgeleverd, de politiek moet nu instemmen op de wet, maar heeft geen invloed op de inhoud van de kerndoelen.
  • De implementatie van het vernieuwde curriculum loopt van 2025 tot 2031, in drie fasen

    • Fase 1 (2025-2027): Bewustwording & stimulering; scholen starten met de kerndoelen Nederlands, rekenen & wiskunde, burgerschap, en digitale geletterdheid.
    • Fase 2 (2027-2030): Wetgeving is dan vastgesteld; alle scholen gaan dan werken met het volledige nieuwe curriculum, met intensieve ondersteuning.
    • Fase 3 (vanaf 2031): Volledige implementatie; vanaf dat moment werkt elke school met de nieuwe kerndoelen en gaat de Inspectie over op handhavend toezicht.

OCW benadrukt dat de implementatie alleen kan slagen als scholen, leraren en begeleiders nu al oefenen en ervaring opdoen. Pilotprojecten en praktijkvoorbeelden zullen worden verzameld om het wetstraject te voeden. Curriculumbewustzijn en professionele ontwikkeling zijn essentieel voor de succesvolle invoering van Digitale Geletterdheid. De boodschap van OCW was helder: scholen hoeven niet te wachten op de formele wetgeving, maar kunnen nu al starten met verkenning, integratie en toepassing. 

2. Wat is de rol van de Inspectie als het gaat om digitale geletterdheid?

Albert Rouschop van de Inspectie van het onderwijs ging in op de vraag hoe de Inspectie digitale geletterdheid in de komende jaren gaat opnemen in haar toezicht: 

  • Nieuwe kaders: De Inspectie ziet digitale geletterdheid als integraal onderdeel van de onderwijskwaliteit. Er wordt gewerkt aan nieuwe toezichtskaders die aansluiten bij de komende kerndoelen. 
  • Fasering: In de eerste jaren zal de Inspectie vooral stimulerend en begeleidend optreden. Het doel is om scholen te ondersteunen in het maken van keuzes en het zichtbaar maken van hun aanpak. 
  • Verantwoordingsrol: Vanaf het moment dat de kerndoelen wettelijk zijn verankerd, zal de Inspectie ook toetsend en handhavend optreden, maar met oog voor de ontwikkelfase van scholen. 
  • Kernvragen: De Inspectie richt zich daarbij op vragen als: 
    • Hoe borgt de school digitale geletterdheid in het curriculum? 
    • Welke visie ligt eraan ten grondslag? 
    • Hoe wordt de professionalisering van leraren georganiseerd? 
    • Hoe zien de opbrengsten eruit en hoe worden deze geëvalueerd? 
  • Samenwerking met het veld: Rouschop benadrukte dat Inspectie en scholen elkaar nodig hebben. Digitale geletterdheid ontwikkelt zich snel; toezicht moet ruimte laten voor innovatie, maar ook richting geven voor kwaliteit. 

Zijn bijdrage maakte duidelijk dat de Inspectie niet slechts controleur wil zijn, maar juist ook partner in de ontwikkelroute van scholen. 

6 domeinen DigCompEdu
6 domeinen DigCompEdu

3. Hoe zorgen we voor een blijvend actueel curriculum? 

Tot slot reflecteerde Gäby van der Linde-Meijerink op de rol van SLO. Een actueel curriculum vraagt om een continue cyclus van herziening, dialoog en kennisdeling. SLO ziet hierin een rol voor begeleiders als cruciale schakel tussen beleid en praktijk. 

SLO werkt aan een onderhoudskalender voor toekomstig curriculumonderhoud, deze wordt in het najaar opgeleverd. Sinds maart 2025 is een pilotversie van een loket voor curriculumsignalen live op de website van SLO. Hier kunnen organisaties en individuen laten weten als er problemen zijn met het curriculum. 

Sessies over opleidingen 

In de deelsessies kwamen de lerarenopleidingen aan bod:

  • Gerard Dummer (Hogeschool Utrecht) benadrukte dat pabo’s digitale geletterdheid structureel gaan opnemen in hun programma’s. Dit betekent niet alleen vaardigheidstraining, maar ook aandacht voor digitale didactiek.
  • Jacqueline Nijenhuis-Voogt (Radboud Universiteit) vertelde hoe lerarenopleidingen voor het voortgezet onderwijs zich voorbereiden op vakoverstijgende inbedding. Zij ziet kansen om digitale geletterdheid te koppelen aan vakdidactiek en onderzoekend leren.

Vakvereniging en praktijkuitwisseling 

  • Lex Verheesen (i&i): Lerarenvakverenigingen kunnen een belangrijke rol spelen in het versterken van de stem van de leraar en het delen van praktijkvoorbeelden. Denk aan het ontwikkelen van materialen, het organiseren van studiedagen en het delen van goede praktijkvoorbeelden.
  • Halen & Brengen-sessies: Deelnemers brachten thema’s in als implementatiestappen, doorgaande lijn po-vo, rol van leiderschap, toetsing en professionalisering. De uitwisseling leverde veel inspiratie én nieuwe vragen op.

Conclusie 

Deze netwerkdag liet zien dat er een sterk gevoel van urgentie en verantwoordelijkheid leeft bij iedereen die betrokken is bij dit onderwerp in het onderwijs. De rode draad: digitale geletterdheid vraagt om samenwerking, visie en draagvlak. De kerndoelen zijn een belangrijke mijlpaal, maar pas het begin van een groter proces dat scholen, opleidingen, begeleiders en beleidsmakers samen zullen vormgeven.  

Bij ons benadrukte het nog meer het gevoel dat de invoering van digitale geletterdheid een gezamenlijke opgave is, dat de mensen die aanwezig waren een groot gevoel voor urgentie voelen om digitale geletterdheid goed en doordacht te implementeren, maar dat dit gevoel helaas nog niet bij iedereen leeft binnen de scholen.  

Digitale geletterdheid is méér dan een leergebied: het is de taal van de 21e eeuw. Scholen die hier vandaag in investeren, geven hun leerlingen morgen de kans om volwaardig deel te nemen aan de samenleving en de arbeidsmarkt. De invoering van digitale geletterdheid gaat veel verder dan een curriculumherziening. Het is een maatschappelijke opgave die ons allemaal raakt: beleid, politiek, opleidingen, scholen, leraren, begeleiders, private sector, ouders én leerlingen. Het succes van de invoering staat of valt met de bereidheid om dit niet te zien als een losse onderwijsvernieuwing, maar als een gezamenlijke verantwoordelijkheid. 

vrouw met iPad